Wilt u onze kliniek in Valkenswaard bezoeken, let dan goed op!
De kruising Nieuw Waalreseweg en Dommelseweg is gesloten! Lees hier meer informatie.

Titerbepaling

De hoofdvaccinaties bij de hond bestaan uit hondenziekte (distemper virus), parvovirus, hepatitis (besmettelijke leverziekte) en leptospirose (ziekte van Weil). Naast de hoofdvaccinaties kan uw hond worden gevaccineerd tegen besmettelijke hondenhoest (ook wel ‘kennelhoest’ genoemd) en hondsdolheid (rabiës). Klik hier voor uitgebreide informatie over de ziekten en vaccinaties. Daar vindt u bovendien volgens welk schema uw hond wordt gevaccineerd. Volwassen honden worden elk jaar gevaccineerd tegen leptospirose en elke drie jaar tegen hondenziekte, parvovirus en hepatitis. Uit onderzoek is gebleken dat sommige honden na de basisvaccinatie veel langer dan drie jaar beschermd zijn tegen hondenziekte, parvovirus en hepatitis.  Herhaling van de vaccinatie na drie jaar is dan in principe nog niet noodzakelijk.

Komt uw hond in aanmerking voor titerbepaling?

  • Volwassen hond
  • Goede basisvaccinatie
  • Toe aan jaarlijkse vaccinatie

Veelgestelde vragen

  • Een titerbepaling is een bloedtest waarmee de aanwezigheid van antilichamen (afweerstoffen) tegen een bepaalde ziekte kan worden bepaald. Er wordt dan bloed afgenomen bij uw hond en in ons laboratorium onderzocht. Hiervoor wordt de VacciCheck titerbepaling gebruikt. Afhankelijk van de uitslag wordt bepaald of uw hond gevaccineerd moet worden.

    Als een hond de basisvaccinaties (puppyvaccinaties plus vaccinatie op 1 jaar leeftijd) gehad heeft dan zou een titerbepaling kunnen worden uitgevoerd na drie jaar (dus rond de leeftijd van vier jaar). Zijn de titers op dat moment nog voldoende hoog dan kan een vaccinatie tegen hondenziekte, parvo en hepatitis met drie jaar worden uitgesteld, waarna opnieuw een titerbepaling kan worden uitgevoerd. Er wordt maximaal twee keer een periode van drie jaar geadviseerd.

  • Het is mogelijk om een titerbepaling uit te voeren voor hondenziekte, parvovirus en hepatitis. Als de hoeveelheid antilichamen voldoende is, kan de vaccinatie worden uitgesteld. Een titerbepaling voor de ziekte van Weil en besmettelijke hondenhoest is niet mogelijk. De jaarlijkse vaccinatie tegen de ziekte van Weil en eventueel besmettelijke hondenhoest blijft dus noodzakelijk. De vaccinatie tegen hondsdolheid is wettelijk verplicht voor dieren die naar het buitenland gaan. Deze vaccinatie wordt dan elke drie jaar toegediend. Een titerbepaling is niet toegestaan.

  • Bij volwassen honden om te zien of driejaarlijkse cocktail (hondenziekte, parvo en hepatitis) nodig is.
    Bij een hond die allergisch heeft gereageerd op eerdere vaccinaties.
    Bij een hond waarvan onbekend is wanneer deze voor het laatst gevaccineerd is tegen hondenziekte, parvo en hepatitis.
    Bij een dier met een auto-immuunziekte.
    Bij pups om te controleren of de basisvaccinatie heeft geleid tot een voldoende sterke afweerreactie.
  • Ondanks dat titeren heeft aangetoond dat sommige honden na drie jaar nog niet hoeven te worden gevaccineerd tegen hondenziekte, parvo en hepatitis, kent deze nieuwe techniek nog vraagtekens en moet er voorzichtig worden omgegaan met het inzetten van deze test. Zo zijn er veel stappen in de test die met de grootste nauwkeurigheid moeten worden uitgevoerd, om een betrouwbare uitslag te krijgen. Tevens is de interpretatie subjectief, dat wil zeggen niet zwart-wit. Om de test zo betrouwbaar mogelijk aan te bieden, voert bij Dierenkliniek de Kempen slechts één assistente met een opleiding als laborante microbiologie de test uit.

    Nadelen van titeren:

    Er is een bloedafname noodzakelijk om de test te kunnen uitvoeren. Dit kan stress opleveren voor uw hond.
    De uitslag is niet bekend tijdens het eerste consult. Als de titerbepaling aangeeft dat uw hond toe is aan de hervaccinatie, zult u op een ander moment hiervoor langs moeten komen.
    Extra kosten die de test met zich meebrengt.
    Voor de ziekte van Weil en besmettelijke hondenhoest kan geen titerbepaling worden gedaan. Uw hond laten titeren voor hondenziekte, parvo en hepatitis voorkómt dus niet de jaarlijkse gezondheidscheck plus vaccinatie tegen de ziekte van Weil en eventueel besmettelijke hondenhoest.
    Er zijn nog geen individuele entingen beschikbaar. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat uw hond wel voldoende antilichamen tegen parvo en hondenziekte heeft, maar niet tegen hepatitis. Alsnog moeten dan alle drie de ziekten worden gevaccineerd.
  • Pups krijgen via de placenta maar vooral via de moedermelk antilichamen binnen, dit wordt maternale immuniteit genoemd. Deze maternale antilichamen beschermen de pups in de eerste levensweken tegen infecties. Na enkele weken neemt deze hoeveelheid antilichamen af en dus ook de beschermende werking. Omdat het per pup verschillend is hoelang deze beschermende werking aanhoudt, worden pups meerdere keren gevaccineerd met enkele weken tussentijd. Titeren bij pups om te bepalen wanneer het ideale vaccinatiemoment is, brengt nadelen en ook risico’s met zich mee.

    Er zal op meerdere momenten bloed geprikt moeten worden bij de pup; dit is voor het welzijn van de pup niet aan te raden. Een bloedafname kan namelijk stressvol zijn voor een pup.
    Risico op infecties neemt toe omdat de pup mogelijk langer dan noodzakelijk in een fase van onvoldoende immuniteit verkeert.
    Het titeren van de pup voorkomt niet dat de pup uiteindelijk toch gevaccineerd moet worden.

     

    Om deze redenen staan wij als Dierenkliniek de Kempen niet achter titerbepalingen bij pups. Waar we wel achter staan, is een titerbepaling vanaf drie weken na de twaalf-weken vaccinatie, om te controleren of de basisvaccinatie heeft geleid tot opbouw van voldoende afweer. 

Terug naar verzorging